‘Opa, oma!’ De stem van Kim echoot door de stille straat.
Kim mag opendoen voor oma en opa en kan niet wachten tot ze door de voortuin naar de deur gelopen zijn. Oma en opa komen Oud en Nieuw vieren.
‘Dag meissie!’ zegt opa.
‘Ik hoorde dat je vanavond voor het eerst mag opblijven, spannend!’ zegt oma als ze Kim een kus geeft.

Dat is waar. Voor het eerst mag Kim de hele avond opblijven tot het twaalf uur is. Samen met papa heeft ze een beetje vuurwerk gekocht. Mooi vuurwerk en sterretjes. Zo gezellig dat opa en oma er zijn!

Als ze na het eten thee drinken met een oliebol erbij, neemt Kim oma en opa mee naar het hoekje naast de bank waar het vuurwerk ligt. Fonteinen, een pakje rotjes voor papa, en een pak met romeinse kaarsen. Twee aansteeklonten liggen erbij, dat moet genoeg zijn. En de sterretjes natuurlijk. Kim krijgt helemaal een kleur als ze op een plaatje in de folder laat zien hoeveel gekleurd licht de fonteinen moeten geven.

Dan haalt oma een kado tevoorschijn: ‘Over licht gesproken: opa en ik hebben ook vuurwerk meegenomen! Je mag het pas openmaken als het twaalf uur is, dan gaan we dit ook aansteken!’
Het is een langwerpig rechthoekig pak. Een beetje zwaar. Zou er ook een romeinse kaars in zitten? Spannend! Kim legt het pak bij haar vuurwerk.

Het is gelukt. Kim is wakker gebleven. Ze heeft wel even lekker tegen opa aangehangen op de bank, maar toen het half twaalf was, werd ze weer klaarwakker. Om kwart voor twaalf heeft ze haar jas al aan, en haar pyjamabroek onder haar spijkerbroek tegen de kou. Dan is het twaalf uur. Ze feliciteren elkaar, ‘gelukkig nieuwjaar’ en voordat het vijf over twaalf is staat Kim buiten met papa om het vuurwerk af te steken. Mama blijft met oma en opa binnen kijken bij het raam. Eerst de sterretjes, terwijl papa zijn rotjes opknalt. Dan de romeinse kaarsen, stevig in de grond. En als laatste de fonteinen. Ze geven prachtig fel licht, dat zie je zelfs nog voor je als ze al uit zijn gegaan.

Al het vuurwerk is op. Het was heel leuk, maar het geeft wel een beetje een leeg gevoel dat er niets meer over is. Maar wacht… het pakje van oma en opa is er nog! Snel loopt Kim naar binnen om ernaar te vragen.

‘Dit is speciaal vuurwerk voor binnen!’ zegt oma.
Wat zit erin? Kim haalt het papier eraf: er zit een lange doos van grijs dun karton in. En uit de doos komt tevoorschijn… een kaars. Geen romeinse kaars, maar een echte kaars.
‘Zet hem maar eens neer’ zegt opa, ‘hij is speciaal voor jou.’
De kaars is mooi versierd, en weet je wat erop staat? In van die gekleurde letters van kaarsenwas? “Gelukkig nieuwjaar Kim!”

‘Dat is toch geen vuurwerk moeder,’ zegt papa tegen oma.
‘Het geeft toch licht?’ zegt oma. ‘En hij doet het nog veel langer dan welke fontein ook. Dit is vuurwerk waar je het hele jaar wat aan hebt. En volgend jaar krijg je een nieuwe.’

Kim is er heel blij mee! Haar eigen kaars. De kaars mag nog eventjes aan, en dan gaan ze allemaal naar bed. En het is waar. De kaars doet het ook weer als ze de volgende morgen samen ontbijten. Alleen papa mompelt nog wat over ‘liever een honderdduizendklapper.’ Maar papa is gewoon jaloers. Op de kaars van Kim.

Mooi verhaal? Ik schreef een boek met verhalen, verkrijgbaar als e-book: De wind zoekt een stem